Kaapverdische Eilanden 12 januari 2007
Het gaat nu gebeuren. We zullen onvermijdelijk een beproeving van lichaam en geest moeten ondergaan. De voorbereidingen die er nodig waren om het vierduizend km lange transatlantische traject naar het eiland Barbados te kunnen aanpakken, zijn bijna voorbij. Het voorste jonkzijl hebben we vervangen door een razeil. Ook al onze Atlantische vlotten werden door een dergelijk zeil over de oceaan gebracht. De vrijstaande mast moest nu gestaagd worden daar de grote druk van het vijf meter brede razeil teveel zou zijn voor een niet gesteunde mast. Een gebogen mast zou natuurlijk enorme problemen geven. In januari en februari zijn er op dit traject veel hevige rukwinden (squalls) die plotseling uit het niets komen opdagen. Vooral s’nachts werden onze vlotten vaak overvallen door die rukwinden en scheurden de schoten gewoon van het zeil af. Goed opletten, dus!
Nu we die veranderingen hebben aangebracht zijn we weer experimenteel en moeten we afwachten hoe de stuureigenschappen van de fles zullen worden. Een ver naar voor geplaatst zeil kan wel goede stuureigenschappen geven maar dat valt nog af te wachten. We kunnen op dit lange traject de motor niet veel gebruiken omdat we niet genoeg brandstof mee kunnen nemen en bovendien schept het wekenlange voortdurende gebrom van de motor geen ideale leefomgeving. Maar zonder draaiende motor worden de batterijen natuurlijk niet meer opgeladen zodat de electrohydraulische pomp van onze stuurautomaat zou uitvallen. We hopen dat onze krachtige 24 volt zonnepanelen voldoende energie zullen geven om dat euvel te verhelpen. We hopen echter dat de fles wat zelfsturend wordt en braaf het naar het westen geblazen zeil volgt. Dat zal, denk ik, jammer genoeg niet helemaal het geval zijn. Het is zelfs goed mogelijk dat we dag en nacht het stuurwiel moeten bemannen. Dat zal dan een helse opdracht worden want het kleine roerblad heeft zonder schroefwaterdruk een flinke uitslag nodig om de fles op koers te houden. Met slechts twee aan boord zijn wij in feite zwaar onderbemand. In vergelijking met een klassiek zeilschip moeten wij veel meer inspanningen leveren om er te komen. De fles zelf heeft in de tweeduizend mijl die we al hebben afgelegd, laten zien een zeewaardig vaartuig te zijn. Vooral het traject tussen De Kaapverdische Eilanden en Dakar was een zware klus. De medische kant van de overtocht mogen we natuurlijk ook niet onderschatten! Men zegt wel eens: “Jullie zijn ook geen twintig meer, hoor!” Maar daar mogen we natuurlijk niet te lang bij stil staan.
Kee is nog druk bezig met het inslaan van de gepaste voeding. In tegenstelling met Senegal is vrijwel alles hier heel duur omdat men erg afhankelijk is van import. Men ziet hier veel blikjes en potjes die nog gewoon voorzien van de oorspronkelijke Nederlandse tekst. Door de schaarste van het beschikbare water is ook die basisbehoefte zelfs kostbaar. De monopoliepositie van de telefoonmaatschappij zorgt er voor dat vooral internationaal bellen al gauw een deuk in je budget maakt.
Deze week hebben we hier heel veel wind zodat we ons nieuw razeilsysteem nog niet hebben kunnen uittesten. Het vervelende is nu ook dat onze vrijstaande masten geen trapjes hebben want dat kan niet als je jonkzeilen voert. Het maakte natuurlijk het aanbrengen van de verstaging moeilijk omdat ik in het aan de val geknoopte zwierende stoeltje naar boven moest.
We moeten nu nog een hoeveelheid dieselolie gaan tanken. Gelukkig gaat dat hier door een goede steiger en vulslangen snel en professioneel. In Dakar moest we de brandstof met een paard en kar naar een tankstation gaan halen en daarna de bussen over een lange steiger sjouwen en in een bootje naar de fles brengen.
Op Kerstmis heeft Fons de rol van kerstman op zich genomen. De Antwerpenaar, Marc Boeykens en zijn vrouw Barbara, geven ieder jaar een feest voor de 350 kinderen van het dorp San Pedro op het eiland Sao Vicente waar ze al zesentwintig jaar wonen. Terwijl de kinderen zich kostelijk vermaakten met spelletjes zoals zaklopen, flesjes vullen, knikker in een lepel, etc. werd ik in het roodwitte
pak gehesen en in een versierd koetsje onder een brandend zonnetje naar het dorpje gereden. Al van ver stormden de kinderen dansend en springend op het rode figuurtje af. Waarschijnlijk wisten ze al dat ik van Marc de opdracht had gekregen rijkelijk snoepjes rond te strooien. Mijn kerstmanststoel stond op een tot podium omgetoverde vrachtwagen die bovendien 350 zakken met verassingen bevatte. Allemaal blijde gezichten en veel vreugde bij iedereen. Goed zo, Marc!
We denken vijf à zes weken nodig te hebben om Barbados in zicht te krijgen. Veel hangt af van de werking van ons razeil. Het kan zijn dat we gedurende al die tijd geen verbinding kunnen maken met het Inmarsat satellitesysteem. Technisch is het natuurlijk zeer goed mogelijk (het werkt uitstekend) maar ik denk dat we vaak meestal zo moe zullen zijn dat we het niet zullen kunnen opbrengen het systeem te plaatsen. Toch zullen we proberen iedere week te laten weten hoe het met ons en de fles gaat.